HUIZEN - Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Huizen mag van een inwoner verlangen dat hij een antenne op zijn dak verwijdert. Dat concludeert de rechtbank Midden-Nederland in een procedure tussen de radiozendamateur en het college van burgemeester en wethouders van die gemeente. De gemeente heeft in eerste instantie schriftelijk aangegeven dat de antenne vergunningsvrij was, maar nu de antenne niet vergunningsvrij blijkt te zijn, mag het college toch handhavend optreden. Ook is het verwijderen van de antenne niet in strijd met het recht op de vrijheid van meningsuiting.

Buren niet blij met grote antenne
De inwoner van Huizen is radiozendamateur; dat is iemand die zich hobbymatig bezighoudt met het verzenden en ontvangen van berichten uit de hele wereld of zelfs uit de ruimte. Voor deze hobby zette de man uit Huizen een antenne op het dak van zijn appartementencomplex. Hij vroeg hiervoor vervolgens bij de gemeente een vergunning aan. Een ambtenaar liet de zendamateur weten dat de antenne-installatie vergunningsvrij is als deze niet hoger is dan 5 meter. Verschillende buren verzochten de gemeente om handhavend op te treden. Het college heeft ter plaatse onderzoek laten doen en kwam terug op de eerdere mededeling dat de antenne vergunningsvrij is. Er is toch een vergunning nodig en die krijgt de man niet. Om te zorgen dat de radiozendamateur zijn antenne verwijdert is de man een last onder dwangsom opgelegd. De zendamateur is het daar niet mee eens en stapte naar de bestuursrechter.

Vrijheid van meningsuiting
Volgens de man valt zijn hobby als zendamateur onder de bescherming van de vrijheid van meningsuiting. De rechtbank is het met het college van burgemeester en wethouders eens dat het recht op vrijheid van meningsuiting niet onbeperkt is en in dit geval geen belemmering is om handhavend op te treden. Het wordt hem namelijk niet onmogelijk gemaakt om van dat recht gebruik te maken. Hij kan gebruik maken van de andere antennes op zijn dak of vergunningsvrij een kleinere antenne plaatsen.

Antenne-installatie is volgens de welstandscommissie buitensporig
De rechtbank heeft ook gekeken naar het zogenoemde vertrouwensbeginsel. De gemeente liet de man eerder schriftelijk weten dat het plaatsen van de antenne vergunningsvrij is. Daar kwam het college op terug. De welstandscommissie vindt dat de installatie in strijd is met de redelijke eisen van de welstand én buitensporig. Het ligt dan ook niet voor de hand dat de radiozendamateur een vergunning krijgt voor de installatie, als hij die zou aanvragen. Daarom treedt de gemeente handhavend op en eist dat de man zijn antenne verwijdert. De rechtbank oordeelt dat het college handhavend mag optreden. Dat er eerst vertrouwen is gewekt – de mededeling dat de antenne vergunningsvrij is – maakt dat niet anders. In dit geval weegt het algemeen belang en de belangen (en de bezwaren) van de buren zwaarder dan het belang van de zendamateur.